Provincie Zeeland

Inhoud

Zeeland (Zeeuws: Zeêland) is een provincie in het zuidwesten van Nederland. Zeeland grenst aan de Nederlandse provincies Zuid-Holland en Noord-Brabant en de Belgische provincies West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en (voor een klein stuk) Antwerpen. Bestuurlijk centrum en grootste stad van de provincie is de hoofdstad Middelburg. Het bijvoeglijk naamwoord is Zeeuws en de bewoners heten Zeeuwen.

Geschiedenis

Zeeland werd reeds voor de tijd van de Romeinen bewoond. Uit die tijd stammen ook de beelden van o.a. de godin Nehalennia, die door vissers in de Oosterschelde zijn gevonden.

Sinds de middeleeuwen is de strijd tegen het water een rode draad door de geschiedenis. Aanwinning en verlies van land wisselden elkaar af. Vrijwel de hele provincie (behalve de duinstreek) ligt op of onder zeeniveau. Het landschap is een lappendeken van polder(tje)s en dijken. De geografie van Zeeland is in de loop van de tijd grondig gewijzigd. De vele kleinere eilanden zijn langzamerhand samengegroeid tot de grotere (schier)eilanden die we nu kennen. Andere voormalige bewoonde gebieden staan nu onder water (o.a. het Verdronken Land van Saeftinghe en het Verdronken Land van Zuid-Beveland).

Tijdens de 16e en 17e eeuw heeft Zeeland, evenals Holland, een grote bloeiperiode doorgemaakt. Een aantal Zeeuwse steden zoals Middelburg, Vlissingen, Zierikzee en Veere, speelden toen als internationale havenstad een betekenisvolle rol in de Lage Landen. Middelburg was tot het einde van de 16e eeuw de grootste handelsstad van de Noordelijke Nederlanden en tot en met het derde kwart van de 17e eeuw, met 27.000 à 30.000 inwoners, de op vier na grootste stad (meer inwoners dan Den Haag en Utrecht) van het land. Na Amsterdam was Middelburg, tot het laatste kwart van de 17e eeuw, de grootste havenstad van de Republiek. In Middelburg was de Admiraliteit van Zeeland gevestigd. Als VOC-stad had Middelburg (Kamer van Zeeland) half zoveel macht als Amsterdam; Middelburg was echter even belangrijk als de andere vier VOC-steden: Delft, Enkhuizen, Hoorn en Rotterdam bij elkaar.

In de 18e eeuw nam de welvaart in Zeeland af. In 1795 had Middelburg ongeveer evenveel inwoners als Haarlem en Groningen en was met 20.146 zielen (na de reeds genoemde steden en Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht en Leiden) nog de achtste stad van Nederland. Zierikzee was in 1795 met 6086 inwoners de tweede stad van Zeeland. De andere belangrijke Zeeuwse steden waren Vlissingen, Goes en Veere met, in genoemd jaar, respectievelijk: 5691, 3711 en 1860 inwoners.

Met de komst van de spoorwegen werden Zuid-Beveland en Walcheren in de 19e eeuw door middel van dammen met het vasteland van Noord-Brabant verbonden. Sinds 1872 ligt er een spoorlijn tussen Vlissingen, Middelburg, Goes, Bergen op Zoom en Roosendaal: de zogenaamde Zeeuwse Lijn. Zeeuws-Vlaanderen heeft nog wel een goederenspoorlijn en een tunnel onder de Westerschelde, maar voor de rest is dit stuk Zeeland afgesneden van de rest van Nederland.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog is Zeeland verschillende keren van strategisch belang geweest. Hierdoor hebben een aantal steden en gebieden veel te lijden gehad onder gevechten, bombardementen en inundaties. Vooral het aanzien van het eiland Walcheren en de Middelburgse binnenstad is hierdoor grondig veranderd. Door de zware gevechten in West-Zeeuws-Vlaanderen, aan het einde van de oorlog, werden veel plaatsen, waaronder Breskens, Schoondijke, Oostburg en Sluis, bijna volledig verwoest.

Een in de jaren 1950 politiek beladen onderwerp was de kwestie van de vrije veren over de Westerschelde. Vooral in Zeeuws-Vlaanderen zorgde dit voor de nodige commotie.

In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 werd Zeeland getroffen door een Watersnood. Om een dergelijke ramp in de toekomst te voorkomen, werden vanaf 1960 de Deltawerken uitgevoerd. Een neveneffect hiervan was dat de verbindingen met de rest van Nederland aanzienlijk werden verbeterd. Over de afsluiting van de Oosterschelde ontstond wel veel rumoer. In 1987 werden de Deltawerken voltooid. De economische en sociale structuur van de Zeeuwse eilanden is door de komst van de vaste oeververbindingen sterk veranderd. Het vroeger geïsoleerd liggende gebied is nu binnen een uur te bereiken vanuit de diverse grote steden. Het toerisme heeft een grote vlucht genomen.

Demografie

De hoofdstad en grootste plaats van de provincie is Middelburg. Vlissingen en Terneuzen zijn belangrijke havenplaatsen met grote industriegebieden. Goes ligt centraal op Zuid-Beveland en heeft naast Middelburg, door de geografische ligging, een belangrijke centrumfunctie.

De grootste Zeeuwse plaats is Middelburg met 39.700 inwoners in 2013. Tweede is Vlissingen met 33.100 inwoners. Hierna volgen Goes (26.900 inwoners) en Terneuzen (24.900 inwoners). Deze vier plaatsen zijn met 25.000-50.000 inwoners de enige grote kernen in Zeeland. Andere grotere plaatsen, alle drie tussen de 10.000 en 12.000 inwoners, zijn Zierikzee, Hulst en Oost-Souburg. Daarnaast zijn er veel kleine historische stadjes, zoals Veere, Tholen en Sluis, vele dorpen en gehuchten.

Met samen meer dan 45.000 werkenden vormen Middelburg en Vlissingen het economisch hart van de provincie. De gemeente Terneuzen telt 28.000 werkenden. Het aantal leerlingen in voortgezet-, hoger- en wetenschappelijk onderwijs bedroeg in 2007: in Middelburg/Vlissingen 10.800, in Terneuzen 5.400 en in Goes 4.000.

Van de 381.202 inwoners woont 56% in de regio Midden-Zeeland (Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland). Het bevolkingsaandeel van Zeeuws-Vlaanderen bedraagt 28% van het totaal en in Noord-Zeeland (Schouwen-Duiveland, Tholen en Sint Philipsland) woont 16% van de Zeeuwen.

Taal

Zeeland bestond voorheen uit een aantal geïsoleerde eilanden. Het is dus niet verwonderlijk dat elke streek zijn eigen dialect heeft. Toch vertonen de Zeeuwse eilanden, met Goeree-Overflakkee, een relatieve eenheid in taal. Het Zeeuws is in wezen een overgang van het Hollands naar het West-Vlaams. In Zeeuws-Vlaanderen spreekt men dialecten die sterk van het Zeeuws afwijken: West-Vlaams in het westen en midden, Oost-Vlaams rond Hulst. In de meeste dorpen wordt nog veel waarde gehecht aan het dialect.

Cultuur en folklore

Vooral het agrarische Zeeland heeft heel lang zijn eigen cultuuruitingen kunnen vasthouden. Bekend zijn de Zeeuwse klederdrachten, die nu nog wel door oudere vrouwen worden gedragen en bij speciale gelegenheden veelvuldig worden aangetrokken. De boeren op Walcheren onderhouden de traditie van het ringsteken: op een feestdag in augustus probeert men gezeten op een (Zeeuws) paard een lans door een ring te steken. Ook de streekproducten, zoals de boterbabbelaars en de bolussen, worden sterk met Zeeland geassocieerd en vinden bij toeristen gretig aftrek. Verder worden de dialecten (zie boven) tot het Zeeuwse cultuurgoed gerekend, en associeert men de provincie sterk met de Gereformeerde Gemeenten.

Wapen

Het Zeeuwse wapen laat een leeuw zien, die worstelt met de golven. De wapenspreuk luidt Luctor et Emergo (Latijn voor 'ik worstel en kom boven'). De relatie tussen wapen en spreuk lijkt overduidelijk, maar schijn bedriegt. Eigenlijk bestaat het Zeeuwse wapen uit twee gedeelten: de bovenste helft toont een 'klimmende leeuw', voor de helft afgebeeld, en de onderste helft toont geen zee, maar zes golvende banen. Bovendien slaat de tekst niet op het gevecht met de zee, maar op het gevecht met Spanje in de Tachtigjarige Oorlog.

Geografie

De provincie omvat de zuidwestelijk deel van de Rijn-Maas-Scheldedelta. Ze bestaat uit een aantal schiereilanden die ooit losse eilanden waren. De naam "Zeeland" is hiervan afgeleid. De schiereilanden en de voormalige eilanden zijn:

  • Tholen (voormalig eiland)
  • Sint Philipsland (schiereiland)
  • Schouwen-Duiveland (voormalig eiland)
  • Noord-Beveland (voormalig eiland)
  • Zuid-Beveland (schiereiland)
  • Walcheren (voormalig eiland)

Zeeuws-Vlaanderen is geen eiland of schiereiland, maar is vanuit de rest van Nederland alleen door de Westerscheldetunnel of over land via België te bereiken.

De belangrijkste zeearmen tussen de (schier)eilanden zijn:

  • Westerschelde tussen Zeeuws-Vlaanderen en Walcheren / Zuid-Beveland
  • Veerse Meer tussen Noord-Beveland en Zuid-Beveland / Walcheren.
  • Oosterschelde tussen Noord-Beveland / Zuid-Beveland en Schouwen-Duiveland.
  • Grevelingen tussen Schouwen-Duiveland en het Zuid-Hollandse Goeree-Overflakkee

In Zeeland is er vooral veel akkerbouw. Daarnaast is er fruitteelt in de zogenaamde Zak van Zuid-Beveland, bloementeelt op Tholen, vlasteelt in Zeeuws-Vlaanderen en zijn er grote kassencomplexen in de buurt van Rilland en Kapelle.

In Zeeland is er zeeklei, doorsneden met vaarten en (voormalige) kreken. In het zuiden van Zeeuws-Vlaanderen is er zandgrond. Buiten de dijken liggen schorren en slikken. Langs de kust zijn er duingebieden. Op Schouwen-Duiveland is er een zeer breed duingebied. Ook aan de kust van Zeeuws-Vlaanderen en de noordelijke kust van Walcheren zijn er brede duingebieden. Het duingebied aan de zuidelijke kust van Walcheren is zeer smal.

CommissarisDhr. J.M.M. Polman
AdresAbdij 6, 4331BK MIDDELBURG
Postbus6001, 4330LA MIDDELBURG
Telefoon0118-631312
E-mailprovincie@zeeland.nl
Websitewww.zeeland.nl
Inwoners381202
Oppervlakte2933 km2